• Menu
  • Menu
Haven van Hafnarfjördur

Groot-Reykjavik

De IJslandse hoofdstad Reykjavik vormt samen met de omliggende gemeenten Garðabær, Hafnarfjörður, Kópavogur en Mosfellsbær het verstedelijkte gebied Goot-Reykjavik. Met ruim 200.000 inwoners klinkt dit wellicht niet als een grote metropool, toch woont hier bijna 2/3 van de IJslandse bevolking. Door de nabijheid van de internationale luchthaven in Keflavik is de hoofdstedelijke regio een geliefde stopoverbestemming voor toeristen tussen Europa en Noord-Amerika. De bezoekers zullen veelal alleen de voorsteden zien als ze er doorheen rijden en verblijven in het centrum van Reykjavik, toch zijn er leuke bezienswaardigheden.

Garðabær

De eerste inwoner van deze streek was de slaaf Vifill van Ingólfur Arnason, iets wat nog steeds te zien in verschillende plaatsnamen hier. In Garðabær (9500 inwoners) vind je onder andere het Hönnunarsafn Islands (Museum voor design en toegepaste kunst) met een mooi overzicht van het werk van IJslandse (industriële) vormgevers van de laatste 100 jaar.

Hafnarfjörður

In de vissershaven van Hafnarfjörður is veel bedrijvigheid te vinden. Als je goed kijkt zie je dat deze haven de restanten van een oude vulkaankrater zijn. De Búrfell vulkaan barstte ongeveer 7000 jaar voor de laatste keer uit. Door nadruk te leggen op typische IJslandse tradities probeert Hafnarfjörður (27.000 inwoners) ook actief toeristen uit Reykjavik te trekken. In juni vindt hier het grote internationale Vikingfestival plaats en vanaf eind november een kerstmarkt inclusief de kerstman en de 13 IJslandse jólasveinar.

Bezoek in Hafnarfjörður zeker ook Viking Village, een leuk themapark met hoe kan het ook anders ‘de viking’. Het park staat volledig in het teken van de middeleeuwse bewoners van IJsland. je kunt er zelfs slapen in een heus vikinghotel en uiteraard eten in een vikingrestaurant wat veel bier en vette vingers betekent. Viking Village is historisch gezien erg leuk opgezet en ook de kinderen zullen het hier leuk vinden.

Kópavogur

Met meer dan 35.000 inwoners is Kópavogur de tweede stad van IJsland. De grens met Reykjavik wordt gevormd door de Fossvogur baai en de groenstrook. Kópavogur Is gaan groeien na de Tweede Wereldoorlog en is historisch gezien zeker interessant. In het jaar 1662 droegen hier de rechtsgeleerde Árni Oddsson en bisschop Brynjólfur Sveinsson IJsland officieel over aan de Deense koning Frederik III. Het zou tot het jaar 1944 duren voor IJsland weer zelfstandig werd. In Kópavogur vind je een van de grootste winkelcentra van het land, Smáralind.

Mosfellsbær

De stad Mosfellsbær kreeg pas in 1987 stadsrechten hoewel hier al ten tijde van de kolonisering door Ingólfur Arnason mensen hebben gewoond. Eeuwenlang groeide Mosfellsbær niet verder uit dan wat boerderijen en enkele wolfabrieken. Nadat de weg naar de hoofdstad Reykjavik werd verhard begon er zowaar een stadje te onstaan. Tegenwoordig wonen er bijna 9000 mensen.

In een van de tradtionele wolfabrieken Álafoss verwerken ze nog steeds veel wol. In de bijbehorende winkel kun je tegen aantrekkelijke prijzen wollen producten kopen.